Tipgeefster Bellebom vindt het welletjes

Een zuur lachje kon er nog net af. Mevrouw H.J. Ottenberg had vorige week al voorgenomen niemand meer te woord te staan over de Bellebom, maar voor burgemeester Peper wilde ze een uitzondering maken. Uit zijn handen ontvingen de veelgeplaagde ‘tipgeefster’ en haar man gisteren 28 maart 1988 een gigantisch levensmiddelenpakket; een geste van de gemeente Rotterdam om al het ongerief van de laatste maanden te doen vergeten.

Voordat Peper in zijn blinkende limousine arriveerde had ambtenaar Max de Ruiter, hoofd van het bureau Rampenbestrijding, de familie Ottenberg al voorzichting op de hoogte gebracht van het aanstaande bezoek. „Okay, maar dit is echt de laatste keer hoor,” was haar weinig enthousiaste reactie. Aan het verzoek van een der fotografen om aan de rand van de kuil, waar de Bellebom werd uitgevist, te poseren werd door mevrouw Ottenberg geen gehoor gegeven: „Alstublieft niet, ik heb al zoveel gedaan.”

Naast de heer en mevrouw Ottenberg kregen nog 24 ‘getroffen’ gezinnen in de Bellevoysstraat en de Jan Sonjéstraat een dergelijk pakket uitgereikt. Deze mensen zijn volgens de gemeente ‘drie-dubbel’-gedupeerd, omdat ze niet alleen zondag 27 maart 1988 maar ook in december 1987 al twee maal hun woning moesten verlaten. „Een soort attentie,” legt gemeentevoorlichter Ton Michielse uit. „Kijk, je kunt die mensen ook een paar knaken geven, maar dit is veel leuker. Ook de naweeën van zo'n gebeurtenis moeten worden verzorgd.”

Onderschrift bij de foto Nog één keer dan poseren voor de fotografen, met burgemeester Peper (links)